Inwoners van Overijssel die zich onveilig voelen op straat, bijvoorbeeld door intimidatie of dreigende situaties, kunnen in de meeste gemeenten nergens terecht met hun melding.
Uit onderzoek van RTV Oost blijkt echter dat slechts drie van de vijfentwintig Overijsselse gemeenten een speciaal meldpunt hebben voor sociale veiligheid. In de overige gemeenten is het alleen mogelijk om fysieke gebreken, zoals kapotte stoeptegels of straatverlichting, te melden. Dit zorgt voor frustratie bij inwoners die zich onveilig voelen, maar geen gehoor vinden bij hun lokale overheid.
Het probleem speelt vooral bij vrouwen, die regelmatig nare ervaringen hebben in de openbare ruimte. “Sociale onveiligheid, zoals seksuele intimidatie, is lange tijd over het hoofd gezien als een serieuze vorm van onveiligheid,” zegt Eva Kwakman, onderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam. Gemeentelijke meldsystemen zijn vooral ingericht op fysieke overlast en niet op sociale veiligheid. Hierdoor blijven plekken waar mensen zich onveilig voelen vaak onder de radar.
De provincie Overijssel heeft inmiddels aangekondigd dat ze onveilige plekken, zoals slecht verlichte fietspaden en bushaltes, in kaart gaat brengen. Hiervoor worden gesprekken gevoerd met vrouwen uit de regio. Indien nodig worden maatregelen genomen, zoals betere verlichting of extra toezicht. Toch blijft het voor veel inwoners lastig om melding te maken van onveilige situaties. Gemeenten kunnen vaak niet aangeven hoeveel meldingen er binnenkomen en of er daadwerkelijk iets aan gedaan wordt.
Actiegroepen en politieke partijen roepen op tot meer aandacht voor sociale veiligheid en een laagdrempelig meldpunt in elke gemeente. “Iedereen moet zich veilig kunnen voelen op straat,” aldus PvdA-Statenlid Peter Hermans.
Bronnen: RTV Oost, Regelen Overijssel en NOS